The big why
Het inspirerende verhaal achter ARBO CASTOR
Enkele jaren geleden werkte ik op een bureau als beleidsadviseur voor de mengvoedersector. Gevangen in een gouden kooi, op een computer aan het noteren in beleidsplannen wat anderen zouden kunnen doen om van onze wereld een mooiere plaats te maken. Maar dit klopte niet langer voor mij.
Vooral als mensen over een boom spraken die ging afsterven of in de weg stond, voelde ik een vlammetje aanwakkeren in mezelf. Ik zag zoveel meer dan alleen die boom. Ik voelde een verhaal, zag het begin van het leven. Daarom voelde ik een noodzaak om een deeltje van dat verhaal te vertellen:
Life starts with a sheltering tree.
Een boompje, van een jaar of 4, wordt op een koele winterdag in een tuin geplant. Na een toch ietwat onprettig transport met blote wortel is het eerste contact met het nieuwe gazon best oké.
“Amai wat een ruimte! Dit is wel wat anders dan zo dicht op elkaar geplakt met mijn broertjes en zusjes, op de boomkwekerij. Ah, en eindelijk weer vocht aan mijn wortels. Nu kan ik weer op zoek gaan naar voeding. Laat ik in de lente mijn beste vrienden, de schimmels, uitnodigen voor een duurzaam foodsharing event. Ik zal voor de suikers zorgen, dan brengen zij wel water en mineralen mee!”
Die eerstvolgende lente valt dit foodsharing toch wat tegen … de opkomst is minimaal.
“Amai, al dat gras rond mijn wortels hebben toch iets te veel bacteriën uitgenodigd. Zij gaan met al mijn suikers lopen. Zonder dat ik daar veel voor terugkrijg. Zo blijft er ook weinig over om mijn beste vrienden uit te nodigen … en de wortels van het gras zijn daar bovenop ook al iets beter ontwikkeld dan de mijne. Geen wonder dat zij met veel van het aanwezige water en de mineralen gaan lopen."
Tot op een dag de eerste meters aan graszoden rond de stam verwijderd worden en er enkele centimeters compost wordt gelegd op deze vrijgemaakte grond.
“Ideaal – dat laagje compost zorgt voor warmte, vochtigheid en meer dan voldoende voeding – laat het foodsharen maar beginnen! Mijn beste vrienden, de schimmels, genieten nu volop van mijn suikers en hun meegebrachte mineralen zijn top! En blijkbaar komen mijn beste vrienden ook goed overeen met bacteriën, protozoa, slijmzwammen, nematoden, insecten en regenwormen. Wat een feestgedruis rond mijn wortels. Te veel om alles te begrijpen, maar daar hoef ik me geen zorgen over te maken. Ik geniet gewoon van de mooie bodemstructuur en de humus die ze creëren. Zij ontwikkelen een mooie bodem en ik kan eindelijk volop focussen op bovengronds groeien en bladeren ontwikkelen.”
Na enkele jaren groeien:
“Haha, de kleine zangvogeltjes op mijn takken zijn aan het lachen met een kat. De kat is beneden aan mijn stam nogal sip naar boven aan het kijken. Waarop het ene zangvogeltje het volgende bijeenfluit: “Het is rood, het zit in een boom en alle katten zijn er bang van? Een roodborstje met een pistool. Haha!" Al een geluk dat ik zo goed gegroeid ben de laatste jaren, want anders …”
Eindelijk is er voor het eerst in de lente energie over om aan de voortplanting te denken:
“Heerlijk al die bijtjes en vlinders die aan mijn bloesems aan het snuffelen zijn. Ze zijn al met veel, zo vroeg op het jaar. Dat komt waarschijnlijk omdat er naast mij een vroegbloeiende Viburnum en een winterbloeiende kamperfoelie staan. Op deze manier zal ik op het einde van de zomer veel vruchten dragen. Ideaal voor nog meer vogeltjes, die dan ook af en toe wat bladluizen meepikken.”
De jaren volgen en de moestuin wordt gestart:
“Wat een slimme zet van mijn eigenaar! Rechts van mij staat een natuurlijk bloemenperkje met lang gras en veel schermbloemen. Hier komen blijkbaar veel zweef- en roofvliegen op af. Die dan weer smakelijk genieten van de beestjes die smikkelen van mijn bladeren en takken. En uiteraard zullen deze ook de moestuin van mijn eigenaar vrijwaren van de ontwikkeling van al te grote plagen. Wat een strateeg die eigenaar van mij!”
Na 40 jaar …
“Wat een mooi nest vleermuizen. Ze hebben geluk dat die grote holte in mijn stam naar het noorden is gericht. Ideaal om de dag door te komen in het donker en 's nachts een honderdtal muggen te vangen. Ik begin ook zelf eindelijk wat volwassen te worden. Enkele schimmels beginnen mij van binnenuit op te eten en vormen zelfs paddenstoelen rond mijn stam en wortels. Geen probleem! Ik groei nog snel genoeg aan de buitenkant om alles recht te houden. En anders zal ik wel rustig terug sterven. Wees gerust, ik sta hier nog minstens 100 jaar. En tegen dan zullen er hier nog oneindig veel organismen gepasseerd zijn en zoals je weet:
“Happiness is only real when shared!”
Ik hoop hiermee het beeld te schetsen dat je niet gewoon een boom wegdoet, maar een ecosysteem. Met enkele kleine doordachte acties kan je iets fantastisch mooi creëren, namelijk een natuurlijk ecosysteem vol BIODIVERSITEIT.
En in tegenstelling tot enkele jaren geleden wil ik nu graag zelf de handen uit de mouwen steken, aangezien je een ecosysteem pas echt kan aanvoelen als je er met je eigen voeten instaat.